Rechtbank Noord-Holland onderzoekt of de te weinig geheven belasting is te wijten aan grove schuld van belastingplichtige. De rechtbank acht grove schuld bewezen in lijn met de maatstaf die de Hoge Raad heeft gegeven voor de bewijslast van de inspecteur.

X emigreert in 2006 naar het buitenland. Na een aantal jaren stopt X met het doen van aangifte inkomstenbelasting, terwijl X eigenaar is van een stuk grond in Nederland dat tot de grondslag voor de inkomstenbelasting behoort. X verzuimt de inspecteur een verzoek te doen om hem uit te nodigen voor het doen van aangifte. Na een boekenonderzoek vordert de inspecteur de te weinig geheven belasting na en legt een vergrijpboete op. Na bezwaar van X verlaagt de inspecteur de schuldgradatie van opzet naar grove schuld en matigt de boete. X komt in beroep tegen de uitspraak op bezwaar.

Rechtbank Noord-Holland onderzoekt of de te weinig geheven belasting is te wijten aan grove schuld van belastingplichtige. De rechtbank acht grove schuld bewezen in lijn met de maatstaf die de Hoge Raad heeft gegeven voor de bewijslast van de inspecteur. Beroep ongegrond. De rechtbank vermindert wel de boete wegens de ambtshalve constatering dat de redelijke behandeltermijn is overschreden. Een proceskostenvergoeding blijft achterwege.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67e

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Noord-Holland

Editie: 21 juni

75

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen