Het is de bedoeling dat per 1 juli 2020 enkele aanpassingen in de Invorderingswet 1990 in werking treden die betrekking hebben op de vereenvoudiging van dwanginvordering van belastingschulden onder een derde op wie de belastingschuldige een vordering heeft of zal verkrijgen.

Het kabinet acht het gerechtvaardigd om terugwerkende kracht toe te passen in het wetsvoorstel waardoor de wettelijke regeling inzake mede-eigendom in de verhuurderheffing wordt aangepast. Dat schrijft minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in de nota naar aanleiding van het verslag bij dit wetsvoorstel aan de Tweede Kamer.

Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de bezwaren van X tegen de invorderingskosten van de aanmaning en het dwangbevel als samenhangende bezwaren aangemerkt moeten worden.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat het niet in strijd met het gelijksbeginsel dat houders van honden woonachtig in de ene gemeente wel hondenbelasting betalen en houders van honden woonachtig in een andere gemeente niet.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de erfgename als rechtsopvolgster van haar moeder gerechtigd is de bezwaar- en beroepsprocedure voort te zetten.

Hof ’s-Hertogenbosch onderschrijft het oordeel van Rechtbank Zeeland-West-Brabant dat de beroepen van X niet-ontvankelijk zijn. X valt onder de massaalbezwaarprocedure inzake box 3 en heeft niet om een individuele uitspraak op bezwaar gevraagd.

Hof Amsterdam oordeelt dat het door X cv ingediende ingebrekestellingsformulier niet voldoende duidelijk een ingebrekestelling betreft wegens het niet-tijdig doen van een uitspraak op bezwaar over de kostenbeschikking. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

Op korte termijn neemt het kabinet maatregelen om hoge terugvorderingen van toeslagen te voorkomen. Dit staat in een brief van staatssecretaris Van Oostenbruggen van Financiën aan de Tweede Kamer waarin vier maatregelen worden gemeld, waarvan er drie lopen.