Rechtbank Limburg oordeelt dat de gemachtigde niet aannemelijk maakt dat zijn bezwaarschrift door de heffingsambtenaar is ontvangen voordat op het door X zelf ingediende bezwaarschrift is beslist. Echter, door te beslissen op het door de gemachtigde ingediende bezwaarschrift heeft de heffingsambtenaar miskend dat het niet mogelijk is twee maal uitspraak op bezwaar te doen met betrekking tot één WOZ-beschikking.
Belanghebbende, X, maakt zelf tijdig bezwaar tegen twee WOZ-beschikkingen. Enkele weken later volgt een bezwaarschrift, ingediend door zijn gemachtigde. Ondertussen heeft de heffingsambtenaar al beslist op het door X ingediende bezwaarschrift. Het door de gemachtigde ingediende bezwaarschrift verklaart de heffingsambtenaar niet-ontvankelijk. De gemachtigde stelt dat zijn bezwaarschrift al bij de heffingsambtenaar binnen was voordat uitspraak op bezwaar is gedaan.
Rechtbank Limburg oordeelt dat de gemachtigde niet aannemelijk maakt dat zijn bezwaarschrift door de heffingsambtenaar is ontvangen voordat op het door X zelf ingediende bezwaarschrift is beslist. Verder verwerpt de rechtbank ook de stelling van de gemachtigde dat X nooit de intentie heeft gehad om zelf bezwaar te maken. Het formulier dat X digitaal naar de heffingsambtenaar heeft verstuurd voldoet aan alle eisen van een bezwaarschrift. In zoverre is het gelijk aan de heffingsambtenaar. Echter, door te beslissen op het door de gemachtigde ingediende bezwaarschrift heeft de heffingsambtenaar miskend dat het niet mogelijk is twee maal uitspraak op bezwaar te doen met betrekking tot één WOZ-beschikking. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en draagt de heffingsambtenaar op om het door de gemachtigde ingediende bezwaar als beroepschrift door te sturen naar de rechtbank.
Lees ook het thema Bezwaar: het gesloten stelsel van rechtsbescherming
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:15
Algemene wet bestuursrecht 6:5