X is (mede-)eigenaar van een horecagelegenheid met een oppervlakte van 363 m². X bepleit verlaging van de WOZ-waarde 2019 van € 728.000 naar € 499.000.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar de WOZ-waarden van het horecapand van X aannemelijk heeft gemaakt met de vergelijkingsmethode, dat wil zeggen een vergelijking met gerealiseerde verkopen. Het hof wijst met name op de verkoopprijs van het vergelijkingsobject [adres4] 62. Dit vergelijkingsobject is qua ligging, kwaliteit en onderhoud goed vergelijkbaar en heeft een kleinere verhuurbare vloeroppervlakte. Het hof gaat er vanuit dat de prijsvorming bij dit pand niet is beïnvloed door een bestaand huurcontract. Met het verschil in grootte en in ligging heeft de heffingsambtenaar voldoende rekening gehouden door bij de onroerende zaak van X een veel lagere waarde per vierkante meter (€ 2.006 versus € 3.884) in aanmerking te nemen. Het hof acht niet aannemelijk dat het restaurantgedeelte van de onroerende zaak zodanig groot is (254 m²) dat daarvan een waardedrukkende werking uitgaat. Nu het hof de waarden op basis van de vergelijkingsmethode aannemelijk acht, kan de juistheid van de kapitalisatiefactoren in het midden blijven.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 21 april