Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar van Tribuut onvoldoende inzicht heeft gegeven in de onderbouwing van de kosten en opbrengsten ten tijde van de invoering van de bijgestelde legesverordening 2018.

X vraagt een omgevingsvergunning aan voor het vergtoten van een kassencomplex. De heffingsambtenaar brengt leges in rekening. X komt in bezwaar en beroep. Rechtbank Gelderland verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak op bezwaar en draagt de heffingsambtenaar op om opnieuw uitspraak op bezwaar te doen. De heffingsambtenaar komt in hoger beroep.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar niet heeft voldaan aan de bewijslast voor wat betreft de opbrengstlimiet. In de tweede Legesverordening 2018 zijn de legestarieven bijgesteld omdat er een toename was in het aantal bouwaanvragen. De heffingsambtenaar heeft, ook nadat hij daartoe in de gelegenheid was gesteld door het Hof, geen gegevens overgelegd op basis waarvan kan worden vastgesteld of de gemeente de opbrengsten ten behoeve van de invoering van de nieuwe Legesverordening 2018 in redelijkheid heeft geraamd. Alhoewel van de heffingsambtenaar geen zekerheid of een volledig inzicht kan worden verlangd ten aanzien van het te verwachten aantal aanvragen en bijbehorende bouwsommen (HR 4 april 2014, ECLI:NL:HR:2014:780), komt het uitblijven van de onderbouwing van de geraamde opbrengsten en kosten ten tijde van de invoering van de nieuwe Legesverordening 2018 voor rekening van de heffingsambtenaar. Het hoger beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 229b

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 15 maart

36

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen