In januari 2016 wordt bij de doorzoeking van de woning van X een grote hoeveelheid laptops, fotocamera’s, hartslagmeters en dergelijke aangetroffen. X wordt hierna vervolgd voor heling en witwassen. Hij wordt schuldig bevonden aan opzetheling, maar vrijgesproken van witwassen. De inspecteur legt X een aanslag IB/PVV op naar een belastbare winst van € 237.000. In hoger beroep is in geschil of X meer kosten ten laste van zijn winst over 2014 mag brengen dan het reeds door Rechtbank Noord-Holland toegestane bedrag.
Hof Amsterdam bevestigt de uitspraak van de rechtbank. Met de door X zelf gemaakte overzichten van gestelde aankopen via Ebay en daaraan volgens X gerelateerde PayPaltransacties maakt X niet aannemelijk dat naast de door de rechtbank in aanmerking genomen inkoopwaarde nog een aanvullend bedrag in aftrek dient te komen. Het hof oordeelt dat X voor het door hem gestelde bedrag aan inkoopkosten geen verifieerbare onderbouwing heeft verstrekt. Met de achteraf opgestelde leenovereenkomsten en de aanvullende stukken onderbouwt X dat evenmin. De vergrijpboete is terecht opgelegd. Het hoger beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.25