De heer X is vanaf 19 december 2012 houder van een Ford Ka. Van 19 december 2012 tot en met 15 december 2013 is het kenteken geschorst. Op 29 november 2013 is de auto gefotografeerd op de snelweg A4. Hierop is alleen duidelijk het kenteken zichtbaar. In geschil is de naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting van € 320, alsmede de 100% boete. Volgens Rechtbank Noord-Holland maakt X niet aannemelijk dat een kentekenplaat van de auto is gestolen en dat het niet de auto van X is die op de foto staat. X heeft namelijk geen aangifte gedaan van vermissing of diefstal van de kentekenplaat. Dit is opvallend, omdat de schorsing op 15 december 2013 is opgeheven en het niet is toegestaan om met slechts één kentekenplaat van de weg gebruik te maken. Een duplicaat kan slechts worden aangevraagd nadat aangifte bij de politie is gedaan. X stelt in hoger beroep dat op de foto niet is te zien om wat voor merk/type auto het gaat en dat de auto tijdens de schorsing onafgebroken op een privé-terrein heeft gestaan.
Hof Amsterdam (MK II, 5 januari 2016, 14/00804, V-N 2016/16.14.11) oordeelt dat een kenteken is gebonden aan een bepaalde auto en dat de foto van het kenteken in beginsel voldoende bewijs is dat met de auto gebruik van de weg is gemaakt. Het maakt dus niet uit dat op basis van de foto niet kan worden vastgesteld om welk merk/type auto het gaat. X overlegt vergeefs diverse foto's van het terrein waar de auto stond, omdat de foto's niet op 29 november 2013 zijn gemaakt. Het betoog dat van andere op het terrein gestalde auto's ook kentekenplaten en onderdelen zijn gestolen, baat X ook niet. Evenmin de omstandigheid dat ter vervanging van gestolen kentekenplaten een duplicaat kan worden aangevraagd, zonder dat eerst aangifte is gedaan van diefstal. Het beroep van X is ongegrond.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 35
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Hoge Raad
Editie: 14 oktober