Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de cultuurgronden die ingericht zijn voor agrarisch gebruik niet zijn aan te merken als natuurterreinen. Deze gronden zijn namelijk nog in gebruik als landbouwgronden en kunnen dan niet onder de definitie van natuurterreinen vallen.

X is eigenaar van de Hertogin Hedwigepolder, die voor circa 305 ha. bestaat uit grond. X is het niet eens met de aan hem opgelegde IB-aanslagen die uitsluitend bestaan uit inkomen uit sparen en beleggen in Nederland.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de cultuurgronden die ingericht zijn voor agrarisch gebruik niet zijn aan te merken als natuurterreinen. Deze gronden zijn namelijk nog in gebruik als landbouwgronden en kunnen dan niet onder de definitie van natuurterreinen vallen. Hierbij is volgens het hof het feitelijk gebruik doorslaggevend en is het Rangschikkingsbesluit niet van belang. Verder vallen het erf en de opstallen ook niet onder de vrijstelling voor natuurterreinen, maar de slikken, de schorren en het bos wel. Voor de waarde geldt verder dat deze niet te hoog is. De waarde is namelijk lager dan de biedingen die in de loop der jaren zijn gedaan door de Dienst Landelijk Gebied en de uiteindelijk betaalde schadeloosstelling van € 17,5 mln in het kader van de onteigening. Met betrekking tot het jaar 2017 is het hof van mening dat de rechtbank de aanslag terecht heeft verminderd in verband met het Kerst-arrest.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting 2001 17

Wet inkomstenbelasting 2001 5.20

Wet inkomstenbelasting 2001 5.19

Wet inkomstenbelasting 2001 5.9

Wet inkomstenbelasting 2001 5.2

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Inkomstenbelasting

Editie: 11 september

Informatiesoort: VN Vandaag

406

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen