De Hoge Raad overweegt dat Hof Amsterdam het verzoek tot herziening alsnog in behandeling moet nemen voor zover het betrekking heeft op de in cassatie in stand gebleven hofuitspraak.

X komt in beroep tegen de hem, in het kader van het Rekeningenproject, opgelegde navorderingsaanslagen ib/pvv en vb voor diverse jaren alsmede tegen de daarbij opgelegde boetebeschikkingen en de beschikkingen heffingsrente. Hof Amsterdam verklaart het beroep gegrond en vermindert de door de inspecteur berekende correcties met eenderde. De boetes worden ook verminderd. X komt in cassatie. Op 25 november 2011 verklaart de Hoge Raad het beroep in cassatie van X gegrond, uitsluitend wat betreft de boeten en verhogingen. De zaak is verwezen naar Hof Den Haag ter verdere behandeling. Op 8 december 2011 verzoekt X Hof Amsterdam om herziening van de oorspronkelijke uitspraak. Het hof verklaart het verzoek tot herziening niet–ontvankelijk omdat de oorspronkelijke uitspraak ten tijde van de indienen van het verzoek tot herziening als gevolg van de cassatie en verwijzing nog niet onherroepelijk vaststond. Tegen deze uitspraak komt X in cassatie. De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep gegrond. Aangezien de oorspronkelijke uitspraak van Hof Amsterdam in cassatie in stand is gebleven voor zover deze de navorderingsaanslagen en de beschikkingen heffingsrente betreft en die navorderingsaanslagen en beschikkingen als gevolg daarvan onherroepelijk zijn geworden, is die uitspraak in zoverre onherroepelijk geworden in de zin van artikel 8:88 Awb. Voor zover het verzoek tot herziening betrekking heeft op die besluiten, diende het door het hof in behandeling te worden genomen. Daaraan staat niet in de weg dat het geding wat betreft de opgelegde verhogingen en boeten is verwezen naar Hof Den Haag, en die besluiten ten tijde van de indiening van het onderhavige herzieningsverzoek in verband daarmee nog niet onherroepelijk vaststonden. Volgt terugwijzing om het verzoek tot herziening alsnog in behandeling te nemen voor zover het betrekking heeft op de navorderingsaanslagen en de beschikkingen heffingsrente.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:88

Algemene wet bestuursrecht 119

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hoge Raad, Hoge Raad (Belastingkamer)

Editie: 25 november

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen