Aan X zijn diverse navorderingsaanslagen IB/PVV en vermogensbelasting opgelegd in verband met (inkomsten uit) een rekening bij KB Lux. Rechtbank Zeeland-West-Brabant vernietigt de navorderingsaanslagen en vergrijpboeten die de Belastingdienst heeft opgelegd aan een KB Lux ontkenner. De rechtbank stelt voorop dat er geen ruimte is voor omkering van de bewijslast omdat de inspecteur ter zake van het niet voldoen aan de informatieverplichting door X geen informatiebeschikking heeft genomen. Aan de hand van de normale regels van stelplicht en bewijslast heeft de inspecteur niet aannemelijk gemaakt dat de correcties van het inkomen van X terecht zijn.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X terecht geïdentificeerd is als rekeninghouder bij KBL. Omkering van de bewijslast is niet aan de orde omdat de inspecteur niet heeft gesteld dat X wist of zich ervan bewust moest zijn dat door zijn foutieve aangifte een aanzienlijk bedrag aan belasting niet zou worden geheven. Het hof beslist echter, en hier wijkt zijn oordeel af van dat van de rechtbank, dat de inspecteur op basis van de normale regels van stelplicht en bewijslast de KBL-correcties wel aannemelijk heeft gemaakt aan de hand van bewijsvermoeden. De boete komt wel te vervallen.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e