X is eigenaar van een vrijstaande woonboerderij in de gemeente Stadskanaal. X heeft de onroerende zaak op 7 september 2010 gekocht voor € 312.500. In geschil is de WOZ-waarde 2013. Rechtbank Noord-Nederland heeft de waarde verlaagd van € 296.000 naar € 285.000. De heffingsambtenaar is het niet eens met de uitspraak van de rechtbank. De heffingsambtenaar brengt in hoger beroep een waardematrix in het geding.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat het de heffingsambtenaar vrijstaat om in hoger beroep alsnog een waardematrix te overleggen. Het hof overweegt verder dat de heffingsambtenaar een zekere vrijheid toekomt bij het opvoeren van referentieobjecten, mits deze maar voldoende vergelijkbaar zijn met de onroerende zaak. Naar het oordeel van het hof heeft de heffingsambtenaar met de opgevoerde referentieobjecten aannemelijk gemaakt dat de WOZ-waarde niet te hoog is vastgesteld. De juistheid van de WOZ-waarde wordt ondersteund door de eigen koopprijs van € 312.500 die 16 maanden voor de peildatum is gerealiseerd. Het hof verklaart het hoger beroep van de heffingsambtenaar gegrond, vernietigt de uitspraak van de rechtbank en bevestigt de uitspraak op bezwaar.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 9 mei