Hof ’s-Hertogenbosch verklaart zich evenals de rechtbank onbevoegd voor het verzoek voor zover dit ziet op schade in verband met aanslagen omzet- en inkomstenbelasting. Voor de in de onderhavige procedure vernietigde aanslagen VPB zijn hof en rechtbank wel bevoegd om te oordelen over het schadevergoedingsverzoek, maar dat verzoek van X slaagt niet.

X komt in bezwaar en beroep tegen navorderingsaanslagen VPB over de jaren 2012 en 2013. In beroep besluit de inspecteur de aanslagen in te trekken. Rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart zich deels onbevoegd voor het verzoek van X om schadevergoeding en wijst het deel waarvoor zij wel bevoegd is af.

Hof ’s-Hertogenbosch verklaart zich evenals de rechtbank onbevoegd voor het verzoek voor zover dit ziet op schade in verband met aanslagen omzet- en inkomstenbelasting. Enerzijds omdat in deze procedure met betrekking tot schade in verband met aan X opgelegde aanslagen omzetbelasting het vereiste gegrond beroep ontbreekt (art. 8:73 (oud) Awb) en anderzijds omdat schade in verband met aanslagen IB niet X betreft. Voor de in de onderhavige procedure vernietigde aanslagen VPB zijn hof en rechtbank wel bevoegd om te oordelen over het schadevergoedingsverzoek. Het hof oordeelt dat de rechtbank het verzoek om schadevergoeding terecht heeft afgewezen. X heeft niet aannemelijk gemaakt dat de gestelde schade het gevolg is van de vernietigde aanslagen VPB. Het hoger beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:88

Algemene wet bestuursrecht 8:73

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 11 augustus

Informatiesoort: VN Vandaag

116

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen