De Hoge Raad casseert het oordeel van Hof Arnhem-Leeuwarden dat de gemeente Aalten zich bij de constructie met betrekking tot de nieuwbouw van scholen schuldig heeft gemaakt aan misbruik van recht. 

Belanghebbende, de gemeente Aalten, zorgt in de jaren 2004 t/m 2007 voor de bouw en verbouw van een aantal scholen. Na de voltooiing van de nieuwbouw draagt de gemeente de gebouwen over aan een stichting die ze gaat verhuren aan twee schoolverenigingen. De overdrachtsprijs ligt beduidend lager dan de kostprijs van de scholen. De gemeente brengt de btw in aftrek die haar in rekening is gebracht ter zake van de verbouwingen en de bouw van de nieuwe schoolgebouwen. In geschil is of de inspecteur de vooraftrek terecht heeft gecorrigeerd.

De Hoge Raad casseert het oordeel van Hof Arnhem-Leeuwarden dat de gemeente Aalten zich bij de constructie met betrekking tot de nieuwbouw van scholen schuldig heeft gemaakt aan misbruik van recht. Een overdracht van een nieuwbouwschool door een gemeente aan het bevoegd gezag is toegestaan op grond van de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet op het primair onderwijs en kan volgens de Hoge Raad niet worden aangemerkt als misbruik van recht, ook niet als de overdrachtsprijs lager is dan de kostprijs van de nieuwbouwschool en ook niet als de school niet is overgedragen aan het bevoegd gezag, maar aan een aan de onderwijsinstelling gelieerde stichting (zie HR 29 juni 2012, nr. 10/00786, BNB 2013/35). Indien het hof bij zijn oordeel is uitgegaan van de rechtsopvatting dat het tussenschuiven van de stichting op zich misbruik van recht oplevert, berust dit oordeel dus op een onjuiste rechtsopvatting. Indien het hof wel is uitgegaan van een juiste rechtsopvatting, behoeft het hofoordeel dat sprake is van misbruik van recht nadere motivering. De Hoge Raad verklaart het principale cassatieberoep van de gemeente gegrond en verwijst de zaak naar Hof ‘s-Hertogenbosch. De Hoge Raad verwerpt de middelen van de staatssecretaris, inhoudende dat de activiteiten van de gemeente met betrekking tot de verbouwingen en de nieuwbouwscholen niet zijn aan te merken als economische activiteiten dan wel dat de gemeente ter zake van de verbouwingswerkzaamheden niet is opgetreden als ondernemer maar in haar hoedanigheid als overheid.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 28 april

0

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen