X is vennoot van een VOF die in een pand in Maastricht een buurtwinkel exploiteert. Bij het pand worden dagelijks één of meer borden geplaatst waarop aandacht wordt gevraagd voor producten die door belanghebbende worden verkocht. Als de winkel is gesloten, worden de borden niet geplaatst. De heffingsambtenaar legt aan X voor het jaar 2010 een aanslag reclamebelasting op. X is het niet eens met deze aanslag. Hij beroept zich onder meer op de vrijstelling voor aankondigingen die korter dan 13 weken aanwezig zijn. X meent hieraan te voldoen aangezien de aankondiging op jaarbasis minder dan 2184 uur zichtbaar is.
Hof 's-Hertogenbosch (MK III, 23 maart 2012, 11/00478) oordeelt dat de gemeente Maastricht een objectieve en redelijke rechtvaardiging heeft om de reclamebelasting te beperken tot het afgebakende gebied waarbinnen het pand van X is gelegen. Voor alle ondernemers in het afgebakende gebied kan de opbrengst van de reclamebelasting tot profijt strekken. In het midden kan blijven hoe groot dit profijt is en hoe groot het profijt is of zal zijn in de specifieke situatie van X. Het hof is het niet met X eens dat bij de vrijstelling voor aankondigingen die korter dan 13 weken aanwezig zijn, de periode van 13 weken moet worden herrekend naar uren. X komt dan ook niet in aanmerking voor deze vrijstelling. Het feit dat de opschriften op de borden voor de winkel van X wisselen - vanwege wisselende dagaanbiedingen - doet niets af aan de belastingplicht voor de reclamebelasting. Daarbij wijst het hof er nog op dat de borden ook permanente teksten bevatten. Het hof laat ten slotte de eerst ter zitting door X opgeworpen grief dat de aanslag op naam van de VOF had moeten worden opgelegd, als tardief buiten beschouwing. Het hof verklaart het hoger beroep van de heffingsambtenaar gegrond en draait de beslissing van de rechtbank om de aanslag reclamebelasting te vernietigen terug. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hoge Raad
Editie: 22 maart