Belanghebbende, X, is eigenaar van een woning in de gemeente Bergen. In geschil zijn de WOZ-waarden van deze woning voor de jaren 2014 t/m 2016. X bepleit, in verband met een voorgenomen verkoop, een verhoging van de WOZ-waarden.
Hof Amsterdam ziet evenals de rechtbank geen aanleiding om de WOZ-waarden van de woning te verhogen. De heffingsambtenaar heeft met zijn taxatierapporten en matrixen aannemelijk gemaakt dat de waarden niet te laag zijn vastgesteld. De referentiewoningen uit de rapporten van de heffingsambtenaar zijn qua type, uitstraling, omvang en ligging goed vergelijkbaar met de woning van X. Gelet op de matige kwaliteit en onderhoud van de woning is een lagere prijs per kubieke meter voor de woning van X op zijn plaats. Twee referentiewoningen die duurder verkocht zijn, rechtvaardigen geen hogere waarde voor de woning van X, omdat deze woningen op het punt van kwaliteit en onderhoud een stuk beter scoren. Het hof verklaart de hoger beroepen van X ongegrond en handhaaft de WOZ-waarden van € 289.000, € 282.000 en € 280.000.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 12 oktober