Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de heer X met de aanvankelijk overgelegde dieetbevestiging niet aannemelijk maakt dat hij maar liefst vier diëten zou moeten volgen.

De heer X claimt in zijn IB-aangifte over 2009 € 4383 aan dieetkosten. Volgens de ‘dieetbevestiging 2009' betreft het vier diëten: (1) energieverrijkt in combinatie met eiwitverrijkt, (2) glutenvrij, (3) energieverrijkt in combinatie met eiwitverrijkt en lactosebeperkt en (4) koemelkeiwitvrij in combinatie met kippenei-eiwitvrij, soja-eiwit en tarwevrij. Deze zouden zien op drie verschillende ziektebeelden. De ‘dieetbevestiging 2009' bevat de naam en adres van de huisarts met een paraaf. Als de inspecteur echter navraag doet bij de huisarts verklaart deze dat X zich in overleg met de diëtiste moet houden aan een "lactose/gluten/tarwe beperkt dieet wegens chronische maag/darm problematiek suggestief voor lactose cq gluten intolerantie" In geschil is of de aftrek daarom terecht is beperkt tot € 1343 voor een glutenvrij in combinatie met lactosebeperkt dieet. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X met de dieetbevestiging niet aannemelijk maakt dat hij maar liefst vier diëten zou moeten volgen. De aftrek is terecht beperkt tot hetgeen de huisarts heeft verklaard, namelijk dat er (slechts) sprake is van één ziektebeeld met één dieet. Conform de uitvoeringsregeling wordt alleen het duurste dieet in aanmerking genomen als sprake is van één ziektebeeld en één dieet waarvoor meer dan één bedrag in aanmerking zou komen. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 6.17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 1 december

47

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen