Hof Den Haag oordeelt dat het (pro forma) hoger beroep door het niet overleggen van een volmacht niet-ontvankelijk is.

Aan X zijn diverse navorderingsaanslagen in de IB-sfeer opgelegd. Rechtbank Den Haag handhaaft de aanslagen. In hoger beroep overlegt de indiener van het pro forma beroep geen door X getekende volmacht en X verschijnt zonder bericht van verhindering niet op de zitting.

Hof Den Haag oordeelt dat het hoger beroep door het niet overleggen van een volmacht reeds niet-ontvankelijk is. De indiener heeft namelijk niet gereageerd op de – mede bij aangetekende – brieven verzonden verzoeken van de griffie om het verzuim te herstellen. Uiteindelijk is wel bij aangetekende brief verzocht om uitstel van de zitting, maar dit verzoek is afgewezen en de griffier heeft twee dagen voor de zitting tweemaal vergeefs telefonisch contact gezocht met de indiener.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 6:6

Algemene wet bestuursrecht 6:5

Algemene wet bestuursrecht 2:1

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 17 juni

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen