Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in navolging van Rechtbank Zeeland-West-Brabant dat een belastingplichtige geen belastingrente kan voorkomen door vrijwillig en voorafgaand aan de formalisering van de belastingschuld een bedrag te betalen. De hogere belastingrente voor de vennootschapsbelasting is verder niet discriminatoir.

Belanghebbende, X bv, voldoet op 4 juli 2014, vóór het indienen van haar aangifte vennootschapsbelasting 2013, de verschuldigde vennootschapsbelasting. Met dagtekening 9 augustus 2014 legt de inspecteur, conform de aangifte, een nadere voorlopige aanslag op en brengt hij belastingrente in rekening tot de dag dat de aanslag invorderbaar is.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in navolging van Rechtbank Zeeland-West-Brabant dat een belastingplichtige geen belastingrente kan voorkomen door vrijwillig en voorafgaand aan de formalisering van de belastingschuld een bedrag te betalen. De wet biedt hiervoor geen ruimte. Verder kan volgens het hof niet worden gezegd dat de wetgever, met de keuze voor een hoger percentage belastingrente voor vennootschapsbelastingplichtigen, de grenzen van de hem toekomende (ruime) beoordelingsvrijheid heeft overschreden. Er is geen sprake van een ongerechtvaardigde ongelijke behandeling. Tenslotte oordeelt het hof dat er geen ruimte bestaat om aan X bv renteschade te vergoeden. Het hoger beroep van X bv is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 30f

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 4 april

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen