Hof Arnhem-Leeuwarden volgt niet het oordeel van de rechtbank dat voor WOZ-zaken doorgaans een wegingsfactor van 0,5 volstaat voor de proceskostenvergoeding en een vergoeding van € 50 per halfjaar voor ISV.
X komt in bezwaar tegen een WOZ-beschikking 2021. De heffingsambtenaar verlaagt in bezwaar de WOZ-waarde. X komt in beroep en de WOZ-waarde wordt verminderd. Rechtbank Midden-Nederland beslist in deze zaak dat zij in zaken over de WOZ-waarde van woningen en over niet-tijdig beslissen, parkeerbelastingzaken en zaken over proceskosten voortaan lagere wegingsfactoren hanteert (V-N 2023/41.12). Op basis van deze nieuwe uitgangspunten stelt de rechtbank de vergoedingen voor X vast.
Hof Arnhem-Leeuwarden volgt niet het oordeel van de rechtbank dat voor WOZ-zaken doorgaans een wegingsfactor van 0,5 volstaat voor de proceskostenvergoeding en een vergoeding van € 50 per halfjaar voor ISV. Gezien de geschilpunten, de inhoudelijke behandeling daarvan en de verwijzing van de zaak naar een meervoudige kamer, acht het hof een wegingsfactor van 1 passend. Voor een matiging van de ISV tot € 50 per halfjaar zag het hof tot zoverre geen aanleiding en het arrest HR 14 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:853, V-N 2024/29.19 brengt hierin geen verandering. Het hof verhoogt de ISV naar € 500. Daarnaast leidt onduidelijkheid over de voorzitter van de meervoudige kamer tot vernietiging van de uitspraak. Het hof verlaagt de WOZ-waarde naar de door X voorgestelde waarde en corrigeert op het punt van de proceskostenvergoeding en de ISV.
Wetsartikelen:
Besluit proceskosten bestuursrecht 2
Besluit proceskosten bestuursrecht 1
Algemene wet bestuursrecht 8:75
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 30 oktober
Informatiesoort: VN Vandaag