Het Hof van Justitie EU oordeelt dat Hongarije niet in strijd met het EU-recht handelt door vast te stellen dat de douaneformaliteiten door Kosovo niet juist zijn nageleefd. Hiertoe hoeft geen controleprocedure te worden uitgevoerd door de Kosovaarse douane.

C/C Vámügynöki Kft. verzoekt, namens Best-Epil Kft., de Hongaarse Belastingdienst om Turkse mandarijnen uit Kosovo in het vrije verkeer te brengen. Omdat uit een controle achteraf blijkt dat de certificaten inzake het goederenverkeer niet in orde zijn, moet C/C aanvullende douanerechten betalen. Volgens C/C kon zij echter rechtmatig en te goeder trouw aannemen dat de douaneautoriteiten van Kosovo de certificaten inzake het goederenverkeer hadden afgegeven conform de geldende regelgeving. De Hongaarse rechter stelt een prejudiciële vraag in deze zaak. Deze rechter wil weten of de Hongaarse fiscus mocht vaststellen dat de documenten onjuist waren zonder een door de Kosovaarse autoriteiten uitgevoerde controleprocedure.

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat Hongarije niet in strijd met het EU-recht handelt door vast te stellen dat de douaneformaliteiten door Kosovo niet juist zijn nageleefd. Hiertoe hoeft geen controleprocedure te worden uitgevoerd door de Kosovaarse douane. Volgens het Hof van Justitie EU hebben de relevante bepalingen namelijk niet tot doel om de voorwaarden vast te stellen waaronder de betrokken douaneautoriteiten moeten samenwerken.

[Bron Uitspraak]

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie

Rubriek: Europees belastingrecht, Douane

Editie: 8 april

Informatiesoort: VN Vandaag

9

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen