Hongarije kent sinds 1 januari 2012 een nieuwe regeling voor de uitgifte van bonnen voor maaltijden, vrijetijdsbesteding en vakantie. De Europese Commissie is van mening dat Hongarije hierbij de op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen, en is daarom een precontentieuze procedure gestart. Uitgifte van de voor deze regeling benodigde ‘SZÉP-kaart' is namelijk voorbehouden aan in Hongarije gevestigde financiële instellingen. Verder schendt Hongarije volgens de EC ook het EU-recht door een monopolie te verlenen aan de Hongaarse Nationale Stichting voor vakanties, een publieke instelling, voor de uitgifte van bonnen waarmee werknemers van een onderneming voordelen in natura in de vorm van gebruiksklare maaltijden kunnen verkrijgen.
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat Hongarije in strijd met het EU-recht handelt door de regeling voor de SZÉP-kaart in te voeren en te handhaven. Daarvan is sprake voor zover Hongarije aan bijkantoren van buitenlandse vennootschappen de mogelijkheid ontzegt om de SZÉP-kaart voor vrijetijdsbesteding uit te geven. Ten aanzien van de bonnenregeling merkt het Hof van Justitie EU op dat er sprake is van strijd met het EU-recht voor zover de regeling publieke instellingen een monopolie verleent voor de uitgifte van bonnen voor koude maaltijden die de werkgevers onder fiscaal gunstige voorwaarden als voordelen in natura aan hun werknemers kunnen toekennen.
Wetsartikelen:
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 49
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 56
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Loonbelasting
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie
Editie: 26 februari