Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat het onthouden van een raadsman bij het politieverhoor slechts uitsluiting van het bewijs van de verklaringen van prof. dr. X tot gevolg kan hebben en dus niet tot niet-ontvankelijkheid van het OM kan leiden. Het indienen van de onjuiste verzoeken kwalificeert als valsheid in geschrift.

Prof. dr. X woont in België en sluit in 2007 samen met zijn echtgenote voor hun woning een hypothecaire lening van € 1.975.000 bij een Belgische bank af. De maandelijkse rente-betalingen van € 8549 stoppen in 2008. De woning wordt in 2012 executoriaal verkocht. X wordt er van verdacht vanaf 2010 valse IB-teruggaven bij de Nederlandse Belastingdienst te hebben geclaimd. De verzoeken om voorlopige IB-aanslagen hebben niet alleen betrekking op hemzelf, maar ook op zijn echtgenote en drie in België wonende kennissen. Tegen hen deed hij zich voor als een deskundig belastingadviseur. In totaal is ten onrechte € 148.926 uitbetaald. Rechtbank Zeeland-West-Brabant veroordeelt X wegens ‘valsheid in geschrift, meermalen gepleegd’ tot tien maanden gevangenisstraf, waarvan vier voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. X stelt in hoger beroep dat het OM niet-ontvankelijk is, omdat hij bij het verhoor door de politie niet door een raadsman is bijgestaan en dat hij vervolgd had moeten worden voor belastingfraude.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat schending van dit vormverzuim slechts uitsluiting van het bewijs van de betreffende verklaringen tot gevolg kan hebben en dus niet tot niet-ontvankelijkheid van het OM kan leiden. Ambtshalve wordt overwogen dat de verklaringen van X niet als bewijs zijn gebruikt, zodat het vormverzuim geen gevolgen heeft. Het spontaan indienen van een verzoek om een voorlopige IB-aanslag te krijgen, is geen belastingaangifte. Het indienen van de onjuiste verzoeken kwalificeert als valsheid in geschrift. In België is X hier ook al voor veroordeeld, alsmede voor faillissementsfraude en er is een beroepsverbod aan hem opgelegd. X stelt vergeefs dat hij detentieongeschikt is door een posttraumatische stressstoornis, die hij door zijn echtscheiding en een zakelijk conflict met de bank heeft opgelopen. De verklaring van zijn psychiater dat X ‘wegens medisch-psychiatrische redenen detentieongeschikt is en met grote waarschijnlijkheid zal blijven’ is te algemeen. Rekening houdend met het feit dat de redelijke termijn is overschreden, wordt een gevangenisstraf opgelegd van elf maanden, waarvan twee voorwaardelijk en een proeftijd van twee jaar.

Lees ook het thema Informatieverplichting

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6

Algemene wet inzake rijksbelastingen 69

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingrecht algemeen, Strafrecht

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 23 december

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen