Hof Den Haag is met de rechtbank van oordeel dat de activiteiten van X geen bron van inkomen opleveren. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Belanghebbende, X, exploiteert vanuit zijn eenmanszaak ICT-activiteiten en is daarnaast bezig met het schrijven van een boek over de juridische afwikkeling van de erfenis van zijn vader. In geschil is of deze activiteiten in het jaar 2014 een bron van inkomen vormen. X meent dat dit het geval is en wenst voor 2014 een verlies in aanmerking te nemen.
Hof Den Haag (MK I, 18 april 2018, BK-17/00769, V-N 2018/38.1.2) is met de rechtbank van oordeel dat de activiteiten van X geen bron van inkomen opleveren. Gelet op de omstandigheden dat de ICT-activiteiten sinds 2006 verlieslijdend zijn en dat tegenover de geringe omzet relatief hoge kosten staan, is het niet aannemelijk geworden dat in het jaar 2014 redelijkerwijs een voordeel uit deze activiteiten verwacht kon worden. X heeft evenmin aannemelijk gemaakt dat hij met het schrijven van het boek deelneemt aan het economische verkeer en dat hij met deze activiteit redelijkerwijs een voordeel kan verwachten. Gesteld noch gebleken is dat zicht bestaat op publicatie van het boek.
De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 2.3