Belanghebbende X, komt in bezwaar tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting.
De heffingsambtenaar kent het bezwaar toe, maar kent geen proceskostenvergoeding toe.
X verzoekt de rechtbank om alsnog de gevraagde proceskostenvergoeding toe te kennen.
Rechtbank Limburg oordeelt dat X na vernietiging van de naheffingsaanslag parkeerbelasting in aanmerking komt voor proceskostenvergoeding. De naheffingsaanslag is op het exacte hetzelfde tijdstip opgelegd als de betaling van de parkeerbelasting. De verbalisant moet X over het hoofd hebben gezien. De rechtbank is daarom van oordeel dat deze onrechtmatigheid voor de rekening van de heffingsambtenaar komt. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:7
Algemene wet bestuursrecht 8.74
Algemene wet bestuursrecht 7:15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Limburg
Editie: 20 april