X is nazaat van een KNIL-militair van Ambonese afkomst. In geschil is of X binnenlands belastingplichtige is. X is namelijk van mening dat zijn verblijf in Nederland van tijdelijke aard is. Hij verwijst daarbij naar het KNIL-Memorandum uit 1950.
Hof Amsterdam (EK I, 20 december 2016, 15/00111, V-N 2017/13.1.1) oordeelt dat X binnenlands belastingplichtig is. Volgens het hof woont X namelijk in Nederland in de zin van art. 4 AWR. X woont in Nederland en geniet looninkomsten uit tegenwoordige arbeid in Nederland. Het beroep van X op het KNIL-Memorandum uit 1950, op grond waarvan X stelt dat zijn verblijf in Nederland slechts van tijdelijke aard is, doet daar volgens het hof niet aan af.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 2.1
Algemene wet inzake rijksbelastingen 4