Hof Den Haag vernietigt de aan X gegeven informatiebeschikking betreffende buitenlandse bankrekeningen omdat de inspecteur slechts in algemene bewoordingen verzoekt om nadere informatie..
In juli 2015 ontvangt de inspecteur van de FIOD informatie over het bestaan van een Belgische bankrekening van X. Deze rekening is in mei 1993 geopend en er zijn aanzienlijke contante stortingen op gedaan. De inspecteur verstuurt X vervolgens in algemene bewoordingen een informatieverzoek betreffende buitenlandse bankrekeningen. X antwoordt in oktober 2015 dat zij twee bankrekeningen in Duitsland heeft en één rekening in Macedonië. De Belgische bankrekening wordt door X niet genoemd. De inspecteur stelt dat X niet (volledig) aan het informatieverzoek voldoet en geeft daarom een informatiebeschikking af. In geschil is of de informatiebeschikking terecht is opgelegd.
Volgens Hof Den Haag heeft de inspecteur zowel in het informatieverzoek, als in de informatiebeschikking slechts in algemene bewoordingen opgenomen om welke informatie hij verzoekt (zijnde informatie omtrent buitenlandse banktegoeden). De inspecteur heeft X bewust niets vermeld betreffende de bij hem bekende, via de Belastingdienst/FIOD verkregen, specifieke informatie. Deze gang van zaken is niet te verenigen met het doel van de informatiebeschikking, zijnde het bieden van rechtsbescherming inzake zowel de legitimiteit van het informatieverzoek, als (het voorkomen van) de omkering van de bewijslast. De informatiebeschikking wordt vernietigd. Het hoger beroep van X is gegrond.
Lees ook het thema Informatiebeschikking: stand van zaken
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a
Algemene wet inzake rijksbelastingen 47