Hof Den Haag oordeelt dat belanghebbendes inkomsten uit zorgverlening niet belast zijn als winst uit onderneming.
X verleent diensten op verzekeringsgebied. Verder heeft X inkomen vanwege de zorg die hij verleent aan zijn moeder. X doet geen aangifte IB/PVV 2012. De inspecteur legt in 2015 een ambtshalve aanslag op. Daarbij stelt hij het belastbare inkomen uit werk en woning vast op € 26.754. Tussen partijen is het bedrag van dit inkomen in geschil.
Hof Den Haag oordeelt dat X geen bewijs levert waaruit blijkt dat de door de inspecteur opgelegde aanslag te hoog is vastgesteld. X faalt te doen blijken dat de werkzaamheden op verzekeringsgebied een bron van inkomen vormen. De zorgverlening aan zijn moeder vormt wel een bron van inkomen. X onderbouwt echter onvoldoende dat zijn werkzaamheden kwalificeren als winst uit onderneming. Wat betreft de hoogte van het inkomen uit de zorgverleningswerkzaamheden voorziet X de door hem gestelde opbrengsten, alsmede de kosten, niet van enige onderbouwing. X' hoger beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.90
Wet inkomstenbelasting 2001 3.2