A houdt de aandelen in belanghebbende, X bv. Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur (navorderings)aanslagen VPB op aan X bv. De inspecteur corrigeert hierbij onder andere de door X bv aan A in rekening gebrachte huur voor een pand. Volgens de inspecteur heeft X bv namelijk een te lage huur in rekening gebracht en is er sprake van een uitdeling. Verder corrigeert de inspecteur de afwaardering van een aan C bv verstrekte lening.
Hof Amsterdam oordeelt dat X bv inderdaad een te lage huurprijs aan A, haar dga, in rekening heeft gebracht voor het pand. Ten aanzien van het gebruik van het pand stelt het hof vast dat A het voor 90% in gebruik heeft als woning en voor 10% voor zakelijke doeleinden. Ten aanzien van de aan C bv verstrekte leningen merkt het hof op dat er sprake is van persoonlijke motieven bij het verstrekken van de geldleningen en dat X bv geen bewijs heeft geleverd voor haar stelling dat het verstrekken van de lening op zakelijke motieven berust. Volgens het hof moet de afwaardering van de lening als een niet aftrekbare vermogensvermindering van X bv worden gekwalificeerd. Het hof vermindert de (navorderings)aanslagen.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.25
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 8
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Vennootschapsbelasting
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 3 januari