X claimt in zijn IB-aangifte 2015 aftrek wegens uitgaven voor vervoer in verband met ziekte of invaliditeit. Met de inspecteur ontspint zich een uitgebreide discussie over de hoogte van de aftrek. De inspecteur stelt de aftrek vervolgens vast op € 7413. X vindt echter dat hij recht heeft op een hogere aftrek.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat hij recht heeft op een hogere aftrek aan extra vervoerskosten. X moet aannemelijk maken dat de kosten van vervoer in verband met het verkrijgen van medische hulp meer bedragen dan € 3322, en daar slaagt hij niet in. In beroep is vast komen te staan dat de objectief te bepalen meerkosten voor het autogebruik van X € 4091 bedragen. De kosten van vervoer in rechtstreeks verband met het verkrijgen van medische hulp moeten dan meer bedragen dan € 3322 (€ 7.413 -/- € 4.091).
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Wet inkomstenbelasting 2001 6.1
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 24 augustus