X bv verricht interim-managementwerkzaamheden en administratieve dienstverlening. Nadat de inspecteur op 4 augustus 2014 een boekenonderzoek aankondigt, wordt op 17 september 2014 de laptop met de administratie van X bv gestolen. De inspecteur legt vervolgens BTW-naheffingsaanslagen op aan X bv. Deze worden vervolgens conform de berekeningen van X bv verminderd. In hoger beroep stelt X bv dat zij recht heeft op aftrek van een hoger bedrag aan voorbelasting.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X bv niet aannemelijk maakt dat zij recht heeft op aftrek van een hoger bedrag aan BTW-voorbelasting. Met de door haar overgelegde facturen is al rekening gehouden. Verder merkt het hof op dat de inspecteur X bv zeer ter wille is geweest door de door haar opgevoerde bedragen aan voorbelasting, die aanzienlijk zijn, zonder nadere onderbouwing van de zijde van X bv te honoreren. Verder heeft X bv met het overleggen van de overzichten en de bestanden, zonder nadere onderbouwing en duidelijke cijfermatige conclusies, niet aannemelijk gemaakt dat BTW aan haar in rekening is gebracht voor de daarin vermelde bedragen, dat sprake is van op de voorgeschreven wijze opgemaakte facturen, dat de kosten een zakelijk karakter hebben of dat het totaal van de BTW op deze kosten de reeds in aanmerking genomen voorbelasting overstijgt. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Omzetbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 24 augustus