Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van X in een KB Lux-zaak gegrond omdat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat X de vereiste aangiftes niet heeft gedaan.

De inspecteur heeft X geïdentificeerd als rekeninghouder van een bij de KB Lux aangehouden rekening met een saldo per 31 januari 1994 van € 933. X heeft in zijn aangiften geen inkomens- of vermogensbestanddelen opgenomen die betrekking hebben op een rekening bij KB Lux. In geschil zijn de opgelegde (navorderings) aanslagen ib/pvv en vb over diverse jaren met vergrijpboetes van 100% waartegen X in beroep gaat.

Volgens Rechtbank Den Haag is X terecht geïdentificeerd als houder van de desbetreffende bankrekening bij de KB Lux. De inspecteur mag de gegevens die afkomstig zijn van gestolen microfiches als bewijsmiddel gebruiken. Het staat voor alle in geding zijnde jaren vast dat geen informatiebeschikkingen zijn afgegeven zodat de inspecteur aannemelijk moet maken dat X de vereiste aangiftes niet heeft gedaan. De inspecteur is niet geslaagd in het van hem verlangde bewijs. Het renseignement is het enige concrete bewijs dat de inspecteur heeft overgelegd. Aan de hand daarvan kan slechts worden vastgesteld dat X op 31 januari 1994 houder was van een bankrekening bij de KB Lux met een saldo van € 933. De navorderingsaanslagen ib/pvv en vb worden vernietigd en de aanslagen ib/pvv worden verminderd. Het verzoek om immateriële schadevergoeding wordt afgewezen. De beroepen van X zijn gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a

Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 25 oktober

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen