Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur het loonvoordeel als gevolg van toekenning van (certificaten van) aandelen te hoog heeft vastgesteld. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
X is aanmerkelijkbelangaandeelhouder en president-directeur van E. De inspecteur neemt in 2006 en 2007 loon in de vorm van aandelen(opties) in aanmerking. In geschil is onder meer of de inspecteur voor 2006 en 2007 terecht en naar het juiste bedrag inkomsten aanneemt als gevolg van de toekenning van (certificaten van) aandelen in E aan X.
Hof Arnhem-Leeuwarden (MK V, 12 september 2017, 16/00590 t/m 16/00592, V-N Vandaag 2017/2335) oordeelt dat de inspecteur het loonvoordeel als gevolg van toekenning van (certificaten van) aandelen te hoog heeft vastgesteld. X stelt terecht dat zijn positie als president-directeur van E een belemmering vormt bij de verkoop van de aandelen op de beurs. Maar anders dan X bepleit is de waarde van de aandelen meer dan nihil. Ten opzichte van de beurskoers van de aandelen op het moment van de verkrijging van de certificaten neemt het hof vanwege de beperkende voorwaarden schattenderwijs een afwaardering in aanmerking van 30%.
De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 10
Wet inkomstenbelasting 2001 3.81