Het kabinet gaat de komende maanden in gesprek met werkgevers, werknemers, zzp’ers en betrokken organisaties over het werken als zelfstandige. Dat kondigen minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, staatssecretaris Snel van Financiën en staatssecretaris Keijzer van Economische Zaken en Klimaat aan in de vierde voortgangsbrief Werken als zelfstandige die aan de Tweede Kamer is gezonden.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de inspecteur door het stellen van een zeer korte termijn voor het aanleveren van informatie de grenzen van de redelijkheid heeft overschreden. Daarmee is de informatiebeschikking prematuur.

Hof Arnhem-Leeuwarden beslist dat de verlengde navorderingstermijn in art. 66 SW 1956 niet in strijd is met art. 63 VWEU en art. 1 EP EVRM.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat er wezenlijke verschillen bestaan tussen gebruikte bestelauto's en gebruikte kampeerauto’s en dat daarom voor de afschrijving moet worden aangesloten bij de waardedaling die zich in het economische verkeer voordoet bij vergelijkbare kampeerauto’s.

De pas aangetreden staatssecretaris Van Oostenbruggen van Financiën (Fiscaliteit en Belastingdienst) zal persoonlijk geen gebruikmaken van de compensatieregeling box 3. Minister-president Schoof vermeldt dat in een Kamerbrief zonder uit te weiden over de reden.

De Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst heeft het standpunt over de aftrekbaarheid van collegegeld betaald door een student voorafgaand aan de emigratie naar Nederland, geactualiseerd. Er is een verwijzing opgenomen naar Hoge Raad 12 juli 2024, ECLI:NL:HR:2024:1060, V-N 2024/33.18 en BNB 2024/114. Inhoudelijk is het standpunt niet gewijzigd.

Inkomensondersteuning moet bestaanszekerheid bieden, makkelijk te begrijpen zijn en werk moet (meer) lonen. Dit zijn de drie doelen die minister Van Hijum van Sociale Zaken en Werkgelegenheid noemt in zijn brief over de hervormingsagenda inkomensondersteuning.

Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat sprake is van een contractuele annuïtaire aflossingsverplichting voor de lening, waardoor de renteaftrek terecht is geweigerd. De rechtbank benadrukt het belang van een schriftelijke vastlegging van de aflossingsverplichting bij het aangaan van de lening.