Belanghebbende, X, benadert eind 2009, na het overlijden van haar echtgenoot, A, de IB-inspecteur. X bekent dat zij en A over een buitenlandse bankrekening beschikten, en verzoekt om toepassing van de inkeerregeling. Omdat X de vaststellingsovereenkomst uiteindelijk niet ondertekent, legt de inspecteur in september 2011 IB-navorderingsaanslagen op aan X. Verder legt de inspecteur voor het successierecht ook een navorderingsaanslag op. Door de ontdekking van de buitenlandse bankrekening, bedraagt de verkrijging namelijk meer dan de vrijstelling. X stelt dat de inspecteur successierecht niet voortvarend genoeg heeft gehandeld bij het opleggen van de navorderingsaanslag, omdat hij niet op de IB-inspecteur had mogen wachten.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de inspecteur successierecht voldoende voortvarend heeft gehandeld bij het opleggen van de navorderingsaanslag successierecht. Volgens het hof mocht de inspecteur successierecht namelijk wachten op de gegevens die de IB-inspecteur zou aanleveren in verband met de buitenlandse bankrekening. Ook heeft de inspecteur successierecht, nadat hij van zijn collega IB de relevante gegevens had ontvangen, met voortvarendheid de navorderingsaanslag opgelegd. De navorderingsaanslag successierecht blijft in stand.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Schenk- en erfbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 12 maart