Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur de bezwaren van X bv tegen de ambtshalve opgelegde verminderingen en de navorderingsaanslag vennootschapsbelasting ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard.

Belanghebbende, X bv, heeft bezwaar gemaakt tegen ambtshalve opgelegde verminderingen vennootschapsbelasting en een navorderingsaanslag vennootschapsbelasting. In geschil is of de inspecteur de bezwaren van X bv terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de inspecteur de bezwaren van X bv ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard. Het bezwaar tegen de navorderingsaanslag bevatte volgens de inspecteur niet de gronden van bezwaar. In de nadere brief waren echter wel degelijk gronden vermeld. De inspecteur heeft de bezwaren van X bv daarom ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard. Verder oordeelt de rechtbank dat tegen de ambtshalve opgelegde verminderingen wel bezwaar openstaat, zodat ook de bezwaren tegen deze beschikkingen ten onrechte niet-ontvankelijk zijn verklaard. De bezwaren zijn ook niet kennelijk ongegrond, omdat deze een inhoudelijke herbeoordeling vergen. X bv beroept zich terecht op schending van de hoorplicht. De rechtbank besluit de zaken terug te verwijzen naar de inspecteur. De beroepen van X bv zijn gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de vennootschapsbelasting 1969 20b

Algemene wet bestuursrecht 7:3

Algemene wet bestuursrecht 7:2

Algemene wet bestuursrecht 6:5

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 21 december

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen