Belanghebbende, X bv, is eigenaar van drie steenfabrieken die zijn gelegen in de gemeente Rijnwaarden. X bv maakt bezwaar tegen de WOZ-waarde 2013 van deze objecten. De gemeente verlaagt de WOZ-waarde van een van de fabrieken en handhaaft die van een andere. Op het bezwaar tegen het derde object heeft de gemeente nog geen uitspraak gedaan.
Rechtbank Gelderland stelt de WOZ-waarde van twee steenfabrieken in goede justitie vast op € 6.200.000 en € 3.350.000. Voor het derde object, waar de gemeente nog niet heeft beslist op het bezwaar, sluit de rechtbank zich aan bij het compromis dat de waarde moet worden verlaagd tot € 2.100.000. In de proceshouding van de heffingsambtenaar, die geen op de zaak betrekking hebbende stukken en/of een taxatierapport heeft ingediend, ziet de rechtbank aanleiding om X een integrale proceskostenvergoeding toe te kennen. Het bedrag van de proceskostenvergoeding is € 9306. Het beroep van X bv is gegrond.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 24 maart