Belanghebbende, X, drijft een onderneming in doe-het-zelf artikelen. De inspecteur legt aan X een navorderingsaanslag IB/PVV 2005 op in verband met een storting die X heeft gedaan op een buitenlandse bankrekening.
Rechtbank Noord-Holland acht interne compensatie ook tussen de verschillende boxen in de inkomstenbelasting mogelijk. De inspecteur heeft de correctie van de storting van X in 2005 op het biljet van de navorderingsaanslag IB/PVV 2005 ten onrechte verwerkt in de heffingsgrondslag van het inkomen uit sparen en beleggen in plaats van de heffingsgrondslag van het inkomen uit werk en woning. Nu dit geen gevolgen heeft voor het bedrag van de na te vorderen belasting, staat het de inspecteur vrij om dit met toepassing van interne compensatie te corrigeren. De rechtbank past verder omkering van de bewijslast toe omdat X de buitenlandse bankrekening niet in de aangifte heeft opgenomen. X heeft niet aangetoond dat er sprake is van stortingen die niet zijn terug te voeren op in het buitenland opgekomen winstbestanddelen en heeft niet voldaan aan zijn verzwaarde bewijslast. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de inspecteur ter onderbouwing van zijn stelling dat er sprake zou zijn van buitenlandse ondernemingswinsten geen concrete aanknopingspunten naar voren gebracht, zodat de schatting van de inspecteur onredelijk en willekeurig is. De rechtbank verklaart het beroep van X gegrond en vermindert de navorderingsaanslag met de box-1-correctie.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16