De heer X is eigenaar van een aantal verhuurde onroerende zaken. In geschil is de waarde hiervan voor box 3. Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden hoeft de inspecteur de interne taxatiedossiers niet te overleggen. Deze dossiers heeft de inspecteur namelijk pas in de beroepsfase opgevraagd en ze zijn dus niet gebruikt bij het opleggen van de aanslag. De inspecteur hoeft de schermprints van de WOZ-beschikkingen ook niet te overleggen, aangezien X daar als eigenaar van de panden zelf al over beschikt. X gaat in cassatie.
De Hoge Raad oordeelt dat de interne taxatiedossiers en de schermprints van de WOZ-beschikkingen gedingstukken zijn die de inspecteur moet overleggen. De inspecteur heeft namelijk in de beroepsfase de taxatiedossiers tot zijn beschikking gekregen. Zij kunnen dus van belang zijn voor de beoordeling van het geschilpunt over de waardering. Ook voor wat betreft de schermprints berust het oordeel van het hof op een onjuiste rechtsopvatting. De omstandigheid dat X zelf al over de WOZ-beschikkingen beschikt, kan wel van belang zijn voor de vraag welke gevolgtrekking de rechter maakt indien de inspecteur deze stukken niet overlegt. Het beroep van X is gegrond. Volgt verwijzing naar Hof Den Bosch voor een nieuw onderzoek naar de hoogte van het belastbare inkomen uit sparen en beleggen en – in dat verband – voor een nieuwe beoordeling van het beroep van X op art. 8:42 lid 1 Awb.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting
Instantie: Hoge Raad
Editie: 18 augustus