Het Ministerie van Financiën is een internetconsultatie gestart naar aanleiding van een door de Tweede Kamer aangenomen motie waarin het kabinet wordt verzocht te onderzoeken of er knelpunten (blijven) bestaan in relatie tot de Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen en de Wet aanpassing fonds voor gemene rekening en vrijgestelde beleggingsinstelling waar het een fonds voor gemene rekening betreft en te bezien of deze opgelost kunnen worden.

De Staatssecretaris van Financiën heeft het Besluit onderwijsvrijstelling omzetbelasting geactualiseerd.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat er geen grond is voor omkering van de bewijslast. De inspecteur slaagt er echter in de correcties op basis van de normale bewijsregels aannemelijk te maken via vermogensvergelijkingen, waaruit blijkt dat X meer inkomsten had dan opgegeven.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat de inspecteur de naheffingsaanslag met vergrijpboeten terecht heeft opgelegd.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de aanslag binnen de aanslagtermijn is opgelegd. X maakt volgens het hof niet aannemelijk dat hij de brief met het verzoek om intrekking van het verleende uitstel voor het indienen van de IB-aangifte 2017 heeft verzonden. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.

Advocaat-generaal Koopman concludeert, na een uitgebreide analyse van de wetsgeschiedenis van art. 16 lid 2 onderdeel c AWR, de rechtspraak over schrijf- en tikfouten en de literatuur over dit onderwerp, dat het hof zijn oordeel dat de fout voor X redelijkerwijs kenbaar was, onvoldoende heeft onderbouwd.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat aan X compensatie moet worden geboden. Hierbij moet echter ook rekening worden gehouden met ongerealiseerde waardeveranderingen. Deze behoren tot het werkelijk rendement.

De Hoge Raad herhaalt zijn eerdere oordeel dat bij schending van art. 40 lid 2 Wet WOZ in de regel een vergoeding van proceskosten en griffierecht moet volgen, ook als aan die schending met toepassing van art. 6:22 Awb voorbij wordt gegaan.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X op geen enkele wijze aannemelijk maakt dat de door de inspecteur in de normale reservoirs van bedrijfsmotorrijtuigen aangetroffen rode diesel daadwerkelijk uit Frankrijk of België komt en aldaar is uitgeslagen tot verbruik. Een verzuimboete van nihil is passend en geboden, zodat X een proceskostenvergoeding krijgt van € 3500 en een griffierechtvergoeding van € 913.