Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X niet aantoont dat zij de uiteindelijk gerechtigde is tot de opbrengsten waarop de dividendbelasting is ingehouden. X heeft namelijk op geen enkele wijze duidelijkheid verschaft over de wijze waarop zij is opgericht en hoe de juridische verhoudingen tot haar oprichters zijn.
X, een Japans pensioenfonds, is een associatie van 72 aangesloten pensioenfondsen. De deelnemers aan de pensioenregelingen die door X worden uitgevoerd zijn voormalig werknemers, ondernemers en zelfstandig beroepsbeoefenaren, die niet in aanmerking komen voor deelname aan de pensioenregelingen voor werknemers. Deelname aan de pensioenregelingen van X is niet verplicht. X ontvangt portfoliodividenden van in Nederland gevestigde beursgenoteerde vennootschappen. Op de dividenden wordt 15% dividendbelasting ingehouden. X verzoekt om teruggaaf van de ingehouden dividendbelasting. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X geen recht heeft op teruggaaf van de dividendbelasting. Volgens de rechtbank moet namelijk worden getoetst of X objectief vergelijkbaar is met een in Nederland gevestigd pensioenfonds dat recht heeft op teruggaaf van dividendbelasting. De rechtbank stelt vervolgens vast dat X niet aannemelijk maakt dat zij, als zij in Nederland zou zijn gevestigd, niet aan de VPB-heffing zou zijn onderworpen. De rechtbank overweegt daarbij dat X, gezien de kenmerken van de door haar uitgevoerde pensioenregelingen, niet kan worden aangemerkt als een lichaam als bedoeld in art. 5 lid 1 onderdeel b Wet VPB 1969. Ook is er volgens de rechtbank geen sprake van een pensioenregeling als bedoeld in art 5 lid 3 Wet VPB 1969.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat X niet aantoont dat zij de uiteindelijk gerechtigde is tot de opbrengsten waarop de dividendbelasting is ingehouden. Het hof wijst er daarbij op dat X op geen enkele wijze duidelijkheid verschaft over de wijze waarop zij is opgericht en hoe de juridische verhoudingen tot haar oprichters, de 72 pensioenfondsen, zijn. Verder overweegt het hof dat het niet is uitgesloten dat de pensioengerechtigden de uiteindelijk gerechtigden tot de dividenden zijn. Uit de informatie die X heeft verschaft blijkt namelijk dat er sprake is van 'defined-contribution pensions’, waarbij de individuele pensioendeelnemers zelf kiezen in welke beleggingen de ingelegde gelden worden belegd en wordt per deelnemer bijgehouden tot welke beleggingen zij gerechtigd zijn. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 5
Wet op de dividendbelasting 1965 10
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 63
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Vennootschapsbelasting, Dividendbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 29 augustus