Rechtbank Gelderland oordeelt dat X geen recht heeft op aftrek van de voorbelasting. X verricht namelijk geen diensten onder bezwarende titel. Er is sprake van een volstrekt kunstmatige constructie.
Gemeente X stelt haar sportaccommodaties ter beschikking aan scholen in het primair onderwijs in haar gemeente. In 2009 stemt de inspecteur toe dat per 1 juli 2013 een ‘kasrondje’ wordt toegepast door X en de scholen. Bij dit kasrondje brengt X een vergoeding, inclusief btw, in rekening aan de scholen en verstrekt vervolgens subsidie ter grootte van deze vergoeding aan de scholen. In 2013 kondigt de inspecteur aan dat de regeling met ingang van 1 januari 2014 niet meer kan worden toegepast. De afspraak wordt vervolgens per 1 januari 2015 ingetrokken. X brengt echter ook over het eerste kwartaal van 2015 nog de btw in aftrek conform de oude regeling. De inspecteur legt een btw-naheffingsaanslag op aan X.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat X geen recht heeft op aftrek van de voorbelasting. Volgens de rechtbank verricht X namelijk geen diensten onder bezwarende titel, omdat zij in wezen geen vergoeding heeft bedongen. De rechtbank wijst er daarbij op dat X de sportaccommodaties tot 1 juli 2009 om niet ter beschikking stelde aan de scholen. Ondanks de verstrekte facturen is er volgens de rechtbank vanaf die datum echter nog steeds sprake van een terbeschikkingstelling om niet. Volgens de rechtbank betalen de scholen feitelijk per 1 juli 2009 namelijk nog steeds niet voor het gebruik van de sportaccommodaties. Gezien de gehanteerde werkwijze is er volgens de rechtbank sprake van een volstrekt kunstmatige constructie. De naheffingsaanslag blijft in stand.
Lees ook het thema Recht op aftrek van de btw; wanneer en hoeveel?
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Omzetbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 22 november