De Hoge Raad oordeelt dat niet is voldaan aan de voorwaarden voor toepassing van de margeregeling. De caravans zijn namelijk in geen van de voorafgaande schakels geleverd door een persoon die geen recht op aftrek heeft.

Belanghebbende, X bv, handelt in caravans. In de jaren 2005 - 2008 koopt zij 165 caravans van het merk Hobby in. Hiervan neemt X bv 161 af van G. G had deze caravans gekocht van het Duitse H KG. G past de margeregeling toe op de verkopen aan X bv. X bv past de margeregeling ook toe bij de (door)verkoop van de caravans. Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur een btw-naheffingsaanslag op aan X bv. Volgens de inspecteur heeft X bv de margeregeling namelijk ten onrechte toegepast. Rechtbank Leeuwarden stelt de inspecteur in het gelijk. Volgens de rechtbank wist X bv namelijk dat G de margeregeling ten onrechte had toegepast. De naheffingsaanslag blijft in stand. Hof Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur aantoont dat X bv over informatie beschikte waaruit zij had moeten afleiden dat sprake was van fraude. Het hof acht daarbij onder andere het volgende van belang.

  • •.

    op de Duitse documenten stond vermeld dat de caravans op naam van H KG stonden en dat H KG de eerste eigenaar was;

  • •.

    de kentekens van de caravans hebben slechts enkele dagen op naam gestaan van H KG;

  • •.

    G had caravans geleverd met (bijna) aansluitende voertuigidentificatienummers;

  • •.

    een deel van de caravans is door particulieren op bestelling gekocht.

Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

De Hoge Raad oordeelt dat niet is voldaan aan de voorwaarden voor toepassing van de margeregeling. Volgens de Hoge Raad staat namelijk vast dat de caravans in geen van de voorafgaande schakels zijn geleverd door een persoon die geen recht op btw-aftrek heeft. Nu niet is voldaan aan de voorwaarden voor toepassing van de margeregeling, is volgens de Hoge Raad btw verschuldigd over de op grond van art. 8 Wet OB 1968 vastgestelde vergoeding. De wetenschap van de leverancier en/of de afnemer over het niet vervuld zijn van die voorwaarde is dan niet van belang volgens de Hoge Raad. De Hoge Raad bevestigt de uitspraak van het hof.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de omzetbelasting 1968 28b

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Omzetbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 19 oktober

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen