De bedoeling om in het tweede jaar na de start van de ondernemingsactiviteiten een schip in (mede-)eigendom te gaan beheren, brengt niet mee dat in het eerste jaar al sprake is van beheer in (mede-)eigendom van een schip. Dit volgt uit een standpunt van de Kennisgroep bijzondere winstbepalingen VPB.

X start ondernemingsactiviteiten op het gebied van vervoer van zaken in het internationale verkeer over zee. In hetzelfde jaar neemt X schepen in tijd- of reischarter en heeft de bedoeling nieuwe zeescheepvaartactiviteiten te starten met een schip in eigendom. Dit schip in eigendom wordt in boekjaar 2 door derden gebouwd en zal dan voldoen aan winstbepaling aan de hand van de tonnageregeling. Hoewel X het voornemen heeft om een schip in eigendom te exploiteren, kan van feitelijk beheer van dit schip voorafgaand aan de oplevering nog geen sprake zijn. Er kan ook geen sprake zijn van een opstartfase in de zin van onderdeel 4.1.1 van het tonnagebesluit ten aanzien van de tijd- en reischarters. Omdat de exploitatie van schepen in tijd- of reischarter een zelfstandige economische activiteit is, is sprake van een volledige activiteit.

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.22

[Nieuwsbron]

Rubriek: Inkomstenbelasting, Vennootschapsbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 29 januari

Informatiesoort: VN Vandaag

171

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen