Het afstaan van inkomen ten behoeve van bijvoorbeeld een kloostergemeenschap kan kwalificeren als aftrekbare gift, voor zover de inkomsten waarvan afstand wordt gedaan hoger zijn dan de kosten die de kloostergemeenschap voldoet. Dat staat in een standpunt van de Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst.

In de casus woont belastingplichtige X in een kloostergemeenschap. De kloostergemeenschap is een ANBI. In het kader van de afgelegde gelofte van armoede staat X alle inkomsten af aan de kloostergemeenschap. De inkomsten worden rechtstreeks gestort op de bankrekening van de kloostergemeenschap. Dit geldt ook voor de andere religieuzen die tot de geloofsgemeenschap behoren. De kloostergemeenschap voldoet alle kosten van de gemeenschap en de religieuzen, waaronder kosten voor huisvesting, levensonderhoud en verzorging in geval van ziekte.

Het afstaan van inkomen kan niet als periodieke gift aangemerkt worden, alleen van een andere gift. Hierdoor moet wel rekening worden gehouden met de drempel- en maximumbedragen.

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 6.33

Wet inkomstenbelasting 2001 6.35

Wet inkomstenbelasting 2001 6.32

[Nieuwsbron]

Rubriek: Inkomstenbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 8 juli

Informatiesoort: VN Vandaag

243

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen