De Kennisgroep bijzondere winstbepalingen VPB stelt dat er in de voorgelegde casus sprake is van een wijziging in belangrijke mate van het uiteindelijke belang in X bv. De wijziging komt voort uit een combinatie van de overdracht van het aandelenbelang, de volledige zeggenschap en de omvangrijke vordering in samenhang met een zwaar negatief vermogen van X bv.
In de voorgelegde casus vervreemdt X bv 1% van haar aandelen aan A en certificeert de overige 99%. A heeft volledige zeggenschap over de STAK, waarin de overige aandeelhouders certificaten hebben verkregen. A koopt van de overige aandeelhouders een vordering op X bv voor een lager bedrag dan de nominale waarde. X bv heeft een negatief vermogen van € 25 miljoen en beschikt over te verrekenen verliezen.
De wijziging van het belang moet materieel getoetst worden. Om de wijziging van het totale belang te kwantificeren moeten de belangen van A en die van de certificaathouders worden gewogen ten opzichte van het totale belang in X bv. In dit geval geldt de combinatie van de vervreemding van de aandelen, de overdracht van de volledige zeggenschap en de overdracht van de vordering als een wijziging in belangrijke mate van het uiteindelijke belang in X bv. De kennisgroep stelt dat het financiële belang van het negatieve vermogen van X bv berust bij A als schuldeiser. De winst zal primair leiden tot waardestijging van de vordering en niet tot waardestijging van de aandelen. Doordat A de volledige zeggenschap heeft, kan deze waardestijging ook nog eens op elk gewenst moment worden gerealiseerd door te besluiten tot aflossing.
Wetsartikelen:
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 20a
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Vennootschapsbelasting
Regelgevende instantie: Belastingdienst
Editie: 19 mei