De Kennisgroep dividendbelasting en bronbelasting stelt dat de correctie afdrachtvermindering kan plaatsvinden op het moment waarop de beleggingsinstelling de opbrengst ter beschikking stelt aan zijn aandeelhouders.

Aan de kennisgroep is de vraag gesteld of de hoogte van de correctie op de afdrachtvermindering van art. 11a lid 2 tweede volzin Wet DB 1965 moet worden bepaald op: i) het moment dat de beleggingsinstelling de opbrengst heeft ontvangen of ii) het moment waarop de beleggingsinstelling zelf de opbrengst ter beschikking stelt aan zijn aandeelhouders. De kennisgroep merkt bij de beantwoording van de vraag op dat in de literatuur een verschil van mening bestaat over het tijdstip waarop de vermindering op de afdrachtvermindering moet worden berekend. Ook de wetsgeschiedenis en het daarin opgenomen voorbeeld geven in dit kader geen duidelijkheid. Toch stelt de kennisgroep dat de correctie afdrachtvermindering kan plaatsvinden op het moment waarop de beleggingsinstelling de opbrengst ter beschikking stelt aan zijn aandeelhouders. De kennisgroep baseert dit standpunt op zowel de totstandkomingsgeschiedenis als de ratio van art. 11a lid 2 tweede volzin Wet DB 1965.

Wetsartikelen:

Wet op de dividendbelasting 1965 11a

[Nieuwsbron]

Rubriek: Dividendbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 27 oktober

Informatiesoort: VN Vandaag

111

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen