In een aantal situaties mag een werkgever na een correctiebericht alsnog de 30%-regeling toepassen in het voor de overgangsregelingen behorende bij de 30%-regeling relevante tijdvak. In dat geval is de 30%-vergoeding in de relevante periode genoten in de zin van de overgangsregelingen. Dat staat in een standpunt van de Kennisgroep IBR IB niet winst/LB/PH-aanslag.

Voor de overgangsregelingen behorende bij de 30%-regeling met betrekking tot de aftopping en de afschaffing van de partiële buitenlandse belastingplicht is relevant dat in het laatste tijdvak van 2022 respectievelijk 2023 de 30%-regeling is toegepast. Voor de overgangsregeling bij de versobering is relevant dat de regeling uiterlijk in de laatste periode van 2023 is toegepast. In het onderhavige geval heeft een werkgever gedurende de aanvraagperiode voor de 30%-beschikking de werkelijke extraterritoriale kosten vergoed aan een werknemer. Hij corrigeert na ontvangst van de beschikking de aangifte loonheffingen over loontijdvakken waarvan de aangiftetermijn is verstreken en past voor de betreffende werknemer alsnog de 30%-regeling toe. Als er in de voor de overgangsregeling relevante periode voor gekozen is de 30%-regeling niet toe te passen, maar in de plaats daarvan de werkelijke extraterritoriale kosten te vergoeden, kan deze keuze in beginsel niet door middel van een correctiebericht ongedaan gemaakt worden. Dit is alleen anders als sprake is van een in het Besluit correctie 30%-regeling (V-N 2024/4.5.1) genoemde situatie en is voldaan aan de gestelde voorwaarden voor toepassing van de 30%-regeling.

Lees ook het thema De 30%-regeling.

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 2.6

Wet op de loonbelasting 1964 31a

[Nieuwsbron]

Rubriek: Loonbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 24 april

Informatiesoort: VN Vandaag

317

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen