De Kennisgroep bijzondere winstbepalingen vpb stelt dat een bestuurder van een fbi ook bestuurder mag zijn van een participant van de fbi, mits deze participant geen enkel economisch belang heeft bij de bewijzen van deelgerechtigdheid in de fbi.

X nv wenst, uitsluitend ten behoeve van deelnemers aan een door haar uit te voeren pensioenregeling, de juridische eigendom van 45% van de bewijzen van deelgerechtigheid te verkrijgen in een fbi. Het economisch belang van de participaties in de fbi ligt voor 100% bij de deelnemers van de pensioenregeling. X nv en de beheerder van de fbi delen dezelfde bestuurders, waardoor niet aan het bestuurdersvereiste van art. art. 28 lid sub f Wet Vpb 1969 wordt voldaan. De vraag rijst of de bestuurder van de fbi bestuurder mag zijn van X nv, omdat het aandeelhouderschap van X nv buiten aanmerking kan blijven door een gebrek aan enig economisch belang. De kennisgroep beantwoordt de vraag bevestigend. De bestuurder van de fbi mag ook bestuurder zijn van X nv, mits aan de voorwaarden uit vastgelegd in de parlementaire geschiedenis en het FBI-besluit (V-N 2022/50.6) wordt voldaan. Doordat het economisch belang bij de participaties volledig ligt bij de deelnemers aan de pensioenregeling kan het aandeelhouderschap van X nv voor het bestuurdersvereiste buiten beschouwing blijven.

Wetsartikelen:

Wet op de vennootschapsbelasting 1969 28

Rubriek: Vennootschapsbelasting

Regelgevende instantie: Belastingdienst

Editie: 1 februari

Informatiesoort: VN Vandaag

147

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen