Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat X als kerkelijke instelling geen ANBI is omdat niet is komen vast te staan dat met de feitelijke werkzaamheden van X minimaal voor de helft het algemeen belang wordt gediend. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

X (belanghebbende) is een in 1994 opgerichte kerkgenootschap dat is gewijd aan de aartsengel van kennis, wijsheid en inzicht. X is eigenaar van een pand. Op dit adres bevindt zich tevens een woning waarin de heer C, voorzitter van X, woont. Achter deze woning bevindt zich een uitgeverij, alsmede een bibliotheek, boekwinkel, keuken, kantoor/atelier en grote ontmoetingsruimte. Het eigen vermogen van X is eind 2008 ruim € 800.000. In geschil is of X in 2011 als algemeen nut beogende instelling (ANBI) heeft te gelden. Rechtbank Breda oordeelt dat de inspecteur het ANBI-verzoek van X terecht heeft afgewezen.

Hof 's-Hertogenbosch (MK III, 7 juni 2013, 12/00662, V-N 2013/40.1.3) oordeelt dat X als kerkelijke instelling slechts een ANBI is als komt vast te staan dat de werkzaamheden ongeveer in gelijke mate het algemene en een particulier belang dienen (zie HR 7 november 2003, nr. 38.049, BNB 2004/30). X maakt echter niet aannemelijk dat met de feitelijke werkzaamheden minimaal voor de helft het algemeen belang wordt gediend. De stelling van de inspecteur dat C kan beschikken over het vermogen van X als ware het zijn eigen vermogen, kan dus in het midden blijven. Aan een in 2005 gesloten vaststellingsovereenkomst kan X ook geen vertrouwen ontlenen. Deze is namelijk door wetswijzigingen achterhaald. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 6.33

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hoge Raad

Editie: 13 juni

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen