Mevrouw X claimt in haar IB-aangifte over 2013 aftrek wegens uitgaven voor specifieke zorg, zijnde extra uitgaven voor kleding. Volgens X lijdt zij chronisch aan ziekelijk overgewicht (morbide obesitas), waardoor zij haar kleding speciaal moet laten maken. Volgens Rechtbank Den Haag is uit de facturen valt op te maken dat deze betrekking hebben op bovenmaatse kleding waarbij de maat niet steeds dezelfde is. Er is echter niet aannemelijk geworden dat X extra uitgaven heeft in vergelijking tot gezonde personen zonder gewichtsschommelingen en bovenmatige kleding, maar die overigens in vergelijkbare omstandigheden verkeren. X gaat in hoger beroep.
Hof Den Haag oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat de ziekte ten minste een jaar heeft geduurd of vermoedelijk zal duren, zodat de uitgaven voor kleding niet aftrekbaar zijn. Voorts is het bestaan van de ziekte niet onderbouwd door een verklaring van een arts of bewijs van medische behandeling. X maakt ook niet aannemelijk dat haar uitgaven hoger zijn dan normaal. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 38